Iedereen heeft een voedselovergevoeligheid. Of althans, dat is de heersende tendens. Een kleine golf van voedselallergieën en intoleranties heeft ons land overspoeld en angst is nu de strekking. Als je geen lactose-intolerantie hebt heb je een tarwe allergie en heb je geen tarweallergie dan ongetwijfeld wel een glutenintolerantie. Door al deze voedselovergevoeligheden zien we vele voedingsmiddelen als boosdoener en vermijden we angstvallig bepaalde producten. Moeten we terecht bang zijn? Of is hier zogezegd een stuk overdrijving in het spel?

Voedselovergevoeligheid

Een voedselovergevoeligheid is een term die wordt gebruikt voor overgevoeligheidsreacties op voedsel. De term voedselovergevoeligheid is een overkoepelende term voor voedselallergie (allergisch) en voedselintolerantie (niet-allergisch) (1-2).

Voedselallergie

Een voedselallergie is een allergische reactie waarbij het immuunsysteem reageert op specifieke eiwitten uit voedsel. Deze eiwitten worden allergenen genoemd en het lichaam ziet ze als indringers die onschadelijk gemaakt moeten worden. Als reactie maakt het lichaam antistoffen aan, ook wel immunoglobines genoemd (IgE). Hierbij komen vervolgens stoffen vrij, bijvoorbeeld histamine. Dit geeft vervolgens uiteenlopende klachten wat varieert van mild tot zelfs levensbedreigend (2-3). De meeste voedselallergieën komen voor bij gluten, ei, vis, pinda, noten, soja, melk, lactose, schaaldieren, weekdieren, selderij, mosterd, sesamzaad, sulfiet en lupine (2,4). Na het eten van de desbetreffende stof kunnen klachten al snel ontstaan. Kleine hoeveelheden kunnen daarbij al klachten geven. Soms zelfs hele ernstige klachten. De klachten verschillen per persoon, per hoeveelheid en per voedingsmiddel. Hoewel de klachten zich over het gehele lichaam kunnen afspelen komen klachten vooral voor op huid, luchtwegen, maag-darmstelsel en hart en vaten (2,5).

Voedselintolerantie

Bij een voedselintolerantie reageert het lichaam op bepaalde voedingsstoffen alleen is het immuunsysteem daar niet bij betrokken. Een intolerantie ontstaat door bijvoorbeeld een gebrek aan een bepaalde enzym, een transporteiwit, stoffen die van nature in voedsel zitten of additieven die worden toegevoegd aan voedingsmiddelen (1,2,6). Een voorbeeld van een voedselintolerantie is een lactose-intolerantie. Bij deze intolerantie ontbreekt het enzym lactase dat nodig is om de lactose af te breken (7). Klachten bij een voedselintolerantie lijken sterk op die bij een voedselallergie. Alleen verlopen de klachten over het algemeen een stuk milder dan bij een allergie. Klachten zijn vooral misselijkheid, overgeven, buikpijn of diarree (8).

Hoe vaak komt een voedselovergevoeligheid voor?

Als het om voedselovergevoeligheid gaat denkt 10% van de bevolking een voedselovergevoeligheid te hebben (2). Echter komt dit beeld niet overeen met de werkelijke cijfers rondom voedselallergieën en voedselintoleranties. Dat er voedselovergevoeligheden voorkomen is juist. Dat deze ook ernstige klachten kunnen geven staat buiten kijf. Alleen niet zoveel als momenteel wordt gedacht. In werkelijkheid komt een voedselovergevoeligheid voor 1 tot 3% voor (2,9).

Heb ik een voedselovergevoeligheid?

Het is niet eenvoudig om vast te stellen of je een voedselovergevoeligheid hebt. Natuurlijk kan iemand bepaalde klachten ervaren alleen is dit soms moeilijk te achterhalen hoe dit precies komt. Komt dit door een overgevoeligheid, een verkeerde voeding of praat iemand het zichtzelf aan? Om zeker van je zaak te zijn is onderzoek echt nodig om uit te laten wijzen waarvoor iemand allergisch is. Verschillende testen kunnen gedaan worden om dit uit te laten wijzen (10).

Conclusie

Een voedselovergevoeligheid is een overkoepelende term voor overgevoeligheidsreacties op voedsel. Het kan dan gaan om een voedselallergie of een voedselintolerantie. Een voedselallergie is een reactie van het immuunsysteem op specifieke eiwitten in het voedsel ook wel allergenen genoemd. Bij een voedselintolerantie is het immuunsysteem niet betrokken. Het lichaam reageert op bepaalde stoffen vanwege bijvoorbeeld een gebrek aan enzymen. Hoewel we vaak snel concluderen dat we een voedselovergevoeligheid hebben komt het maar 1 tot 3% voor. Voor de mensen die wel een voedselovergevoeligheid hebben kunnen de klachten variëren van mild tot zeer ernstig. Aanpassingen van het voedingspatroon is dan ook noodzakelijk. Om zeker te weten of je een voedselovergevoeligheid hebt is het noodzakelijk onderzoek te laten doen. Onderzoek kan uitwijzen of er sprake is van een voedselovergevoeligheid.

Bronnen

  1. Voedingscentrum. Eerlijk over eten. Voedselovergevoeligheid. Beschikbaar via: http://www.voedingscentrum.nl/encyclopedie/voedselovergevoeligheid.aspx Geraadpleegd op 10-12-2015
  2. NHG- Standaard Voedselovergevoeligheid. Beschikbaar via: https://www.nhg.org/standaarden/volledig/nhg-standaard-voedselovergevoeligheid#idp42335584 Geraadpleegd op 10-12-2015
  3. Stichting Voedselallergie. Home. Wat is een voedselallergie. Beschikbaar via: http://www.voedselallergie.nl/wat-is-allergie.html Geraadpleegd op 10-12-2015
  4. Catsberg, C.M.E., Kempen-van Dommelen, G.J.M. Levensmiddelenleer. Nijmegen. Hbuitgevers. 2008.P.46
  5. Allergenen Consultancy. Voedselallergie. Beschikbaar via: http://www.allergenenconsultancy.nl/in/voedselallergie Geraadpleegd op 10-12-2015
  6. AllergieDietisten. Wat is een voedselintolerantie? Beschikbaar via: http://www.allergiedietisten.com/wat-een-voedselintolerantie/ Geraadpleegd op 10-12-2015
  7. De jong , M.F. Ons Voedsel. Over wat erin zit, hoe het wordt gemaakt & wat het met ons doet. ‘s-Graveland. 2008. P.188
  8. Alles over allergie. Voedselallergie. Beschikbaar via: http://www.allesoverallergie.nl/allergieen/voedselallergie/ Geraadpleegd op 10-12-2015
  9. Nationaal Kompas Voedselovergevoeligheid. Allergie: Hoe vaak komt het voor en hoeveel mensen sterven eraan? Beschikbaar via: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-en-ziekte/ziekten-en-aandoeningen/allergie/omvang/ Geraadpleegd op 10-12-2015
  10. Gezondheidsplein. Voedselallergie. Beschikbaar via: http://www.gezondheidsplein.nl/aandoeningen/voedselallergie/item34152 Geraadpleegd op 10-12-2015

Iedereen vraagt zich natuurlijk af hoe je ‘gezond’ moet eten. Natuurlijk is dit voor iedereen verschillend, maar desalniettemin zijn er algemene richtlijnen die je goed als basis kunt goed gebruiken. Dit zijn de richtlijnen die zijn opgesteld door de Gezondheidsraad, een onafhankelijk wetenschappelijke orgaan dat in Nederland adviezen geef over voeding en gezondheid. Geen wet van meden en perzen maar een goede basis. Eet je op deze manier dan heb je een goed fundament!

Neem dit dagelijks:

  • Minimaal 250 gram groente
  • 200 gram fruit (2 stuks)
  • Volkoren graanproducten en aardappelen
  • Zuivel en/of zuivelvervangers
  • Onbewerkt vlees of vleesvervangers
  • Minimaal 2 liter vocht
  • Zachte en/of vloeibare (bereidings)vetten
  • Minimaal 15 gram ongezouten noten

Neem dit wekelijks:

  • Peulvruchten
  • Vette vis
  • Zonlicht
  • Sport

En andere goede keuzes:

  • Kies voor verse groente of diepvriesgroente
  • Kies voor volkorenbrood, volkorenrijst, parelgort, verse gele of zoete aardappelen
  • Kies voor melk, kwark, yoghurt of soja
  • Kies voor onbewerkt vlees en natuurlijke vleesvervangers, zoals ei, peulvruchten of noten
  • Kies voor water, thee of koffie zonder melk en suiker
  • Kies voor verschillende soorten oliën
  • Kies voor verschillende soorten ongezouten noten en zaden
  • Kies voor bonen, kikkererwten, linzen. Vers of uit blik/pot
  • Kies voor vette vis, zoals haring, zalm en makreel

Fruit

  • Stuk fruit (appel, sinaasappel, kiwi, nectarine, perzik, meloen, banaan etc)
  • Fruitsalade
  • Bevroren fruit
  • Klein handje rozijnen
  • Appel uit de oven met kaneel

Groente

  • Portie snackgroente (cherrytomaatjes, komkommer, reepjes paprika, wortels etc)
  • Cocktailprikkers met cherrytomaat met mozzarella en blaadje basilicum
  • Tomaat, komkommer, wortels, paprika, bleekselderij dippen in hüttenkäse, hummus of chilisaus
  • Rauwkostsalade met maximaal 1 lepel dressing
  • Geroosterde kikkererwten
  • Edamame sojaboontjes met eventueel wat citroensap of chilivlokken
  • Gegrilde groenten met maximaal theelepel

Rijstwafel

  • Rijstwafels (met zeezout, meergranen, maïs)
  • Snack a jack
  • Chocolade rijstwafels (hoger in calorieën)
  • Rijstwafel met laagje hüttenkäse, hummus, pindakaas of kipfilet
  • Rijstwafel met gekookt eitje of avocado

Zuivel

  • 1 schaaltje magere yoghurt/kwark of optimel
  • Met muesli, fruit, diepvries fruit, of noten of zaden (met mate uiteraard)

Noten

  • 1 klein handje ongezouten noten
    (amandelen, cashewnoten, pinda’s, walnoten, hazelnoten)

Granen

  • Volkoren cracker
  • Volkoren cracotte
  • 1 snee volkorenbrood
    (kaas 30+, hüttenkase, klein laagje pindakaas, jam of kipfilet)
  • bananenpannenkoek (1 ei, halve banaan en kaneel)

Overig

  • 1 gekookt eitje
  • 1 portie olijven

Het welles-nietes spelletje rondom zoetstoffen in light frisdranken blijft zich voortzetten en echt vertrouwen krijgen we niet in deze stoffen. Want waar rook is, is immers vuur. Toch? Om opheldering te krijgen is de online diëtist weer in de wetenschappelijke literatuur om precies te zijn. Met als enige vraag veilig of niet veilig?

Welke zoetstoffen worden gebruikt in light-frisdrank?

Tijdens mijn speurtocht langs de etiketten kwam ik op de volgende zoetstoffen uit: aspartaam, acesulfaam-K, sacharine, sucralose en cyclamaat. De meest voorkomende zoetstoffen die worden gebruikt om frisdrank zoet te maken zonder suiker te gebruiken. Intensieve zoetstoffen genaamd die 50 tot 500 keer zoeter zijn dan suiker en zo goed als geen calorieën bevatten (1-2).

Wat zeggen onderzoeken over deze zoetstof?

Waar rook is, is vuur. Daarom is het verleidelijk om deze zoetstoffen als boosdoener te zien. Echter kan in mijn ogen in de zaak rondom zoetstoffen maar één conclusie gegeven worden. Binnen normale doseringen zijn deze stoffen simpelweg veilig. Dat zeg ik niet op basis van lukraak verzamelde informatie, nee dat zeg ik naar aanleiding van gronding onderzoek. Te beginnen met aspartaam. Aspartaam levert geen gevaar op voor de gezondheid of het ontstaan van kanker (3,4,5,6,7,8,9,10,11,12). Ook bij acesulfaam-k zijn geen bijwerkingen gevonden (13-14). De onderzoeken naar sucralose wijzen precies hetzelfde uit (veilige stof) (15,16,17,18,19,20) en dat geldt ook voor cyclamaat (21,22,23).

Veilig ja of nee?

Ja (dat overigens niet betekent dat je het nodig hebt, want nuttige voedingsstoffen bevat light-frisdrank namelijk niet)


Bronnen

  1. De jong, F.M. Ons Voedsel. ‘S-Graveland: Fontaine Uitgevers BV; 2008.P.124-126
  2. Van den Berg,Y & Botermans,M. De veiligheid en schadelijkheid van e-nummers. VL&DB Uitgevers. Allergieplatform.P.21-23
  3. Magnuson, BA et al. Aspartame: a safety evaluation based on current use levels, regulations, and toxicological and epidemiological studies. Critical Reviews in Toxicology. 2007. Beschikbaar via:http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/17828671
  4. EFSA. European Food Safety Authority. Aspartame. 2013. Beschikbaar via:http://www.efsa.europa.eu/en/topics/topic/aspartame
  5. Butchkoa, H.H et al. Aspartame: review of safety. 2002. Beschikaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/12180494
  6. EFSA. Updated opinion on a request from the European Commission related to the 2nd ERF carcinogenicity study on aspartame, taking into consideration study data submitted by the Ramazzini Foundation in February 2009. 2009. Beschikbaar via: http://www.efsa.europa.eu/en/efsajournal/pub/1015
  7. Nederlandse Voedsel- en warenautoriteit. EFSA rapport over aspartaam. Beschikaar via:https://www.nvwa.nl/onderwerpen/bedrijven-en-instellingen/branche/levensmiddelenindustrie/nieuwsoverzicht/nieuwsbericht/10654/efsa-rapport-over-aspartaam
  8. European commission health & consumer protection directorate-general. Opinion on the scientific committee on food: update on the safety of aspartame. 2002. Beschikbaar via: http://ec.europa.eu/food/fs/sc/scf/out155_en.pdf
  9. Health Canada. Food and nutrition. Aspartame. Beschikbaar via: http://www.hc-sc.gc.ca/fn-an/securit/addit/sweeten-edulcor/aspartame-eng.php
  10. GAO. U.S. Government Accountability Office. Food and Drug Administration. Food Additive Approval Process Followd for Aspartame. 1987. Beschikbaar via: http://www.gao.gov/products/HRD-87-46
  11. FDA. U.S. Food and Drug Administration. Protecting and Promoting Your Health. 2007. Beschikbaar via:http://www.fda.gov/Food/IngredientsPackagingLabeling/FoodAdditivesIngredients/ucm208580.htm
  12. European Food Safety Authority. Opinion of the Scientific Panel on Food Additives, Flavourings, Processing aids and Materials in contact with Food (AFC) on a request from the commission related to a new long-term carcinogenicity study on aspartame. 2006. Beschikbaar via: http://ecdc.europa.eu/en/publications/Publications/EU-summary-report-trends-sources-zoonoses-2013.pdf
  13. European Commission. Health & Consumer Protection Directorate-General. Opinion. Re-evalution of acesulfame K with reference to the previous SCF opinion of 1991. Beschikbaar via: http://ec.europa.eu/food/fs/sc/scf/out52_en.pdf
  14. Food-info. Acesulfaam K. Beschikbaar via: http://www.food-info.net/nl/sweet/acesulfame.htm
  15. All about Sucralose. Sucralose Facts. A Safe Food Ingredient. Beschikbaar via: http://sucralose.org/sucralose-facts/
  16. Mandel, I.D, Grotz, V.L. Dental Considerations in sucralose use. 2002. Beschikbaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/11887514
  17. Grotz, V.L. Munro, I.C. An overview of the safety of sucralose. Regulatory Toxicology and Pharmacology. Beschikbaar via: http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0273230009000786
  18. Brusick, D et al. The absence of genotoxicity of sucralose. 2010. Beschikbaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20691239
  19. Baird, I.M et al. Repeated dose study of sucralose tolerence in human subjects. 2000. Beschikbaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20691239
  20. Goldsmith, L.A. Acute and subchronic toxicity of sucralose. 2000. Beschikbaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/20691239
  21. European Commission. Health & consumer Protection Directorate-General. Revised Opinion On Cyclamic Acid And its Sodium And Calcium Salts. 2000. Beschikbaar via: http://ec.europa.eu/food/fs/sc/scf/out53_en.pdf
  22. Serra-Majem,L. Et al. Cyclamate intake and cyclohexylamine excretion are not related to male fertility in humans. 2013. Beschikbaar via: http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/14726272

Afvallen behoort tot onze tijdgeest. Bepaalde esthetische vormen moeten immers nagestreefd worden. We willen er naakt goed uitzien, daar komt het eigenlijk op neer. In afvallen in een notendop geef ik mijn bescheiden visie rondom dit onderwerp. Even wat potten breken zoals dat heet. Je hoeft me niet te geloven. Je mag dit echter wel doen.

We zoeken een zondebok

In het leven reageren we ons altijd af, alleen vaak niet op degene die schuldig zijn. We wijzen en zeggen ‘jij bent de schuldige’! Door jou ben ik zus of zo geworden. Deze, in sommige gevallen, nogal onterechte terechtwijzing is ook actueel bij het thema ‘overtollige kilo’s’. De media wakkert dit overigens goed aan door allerlei informatie te verkondigen. Waar vroeger teveel vet een zondebok was, wordt er nu gewezen naar brood, suikers, te weinig eiwitten of naar een hormoonbalans die verstoord is. Maar in hoeverre is het terecht dat we wijzen naar een zondebok? Moeten we de hand niet in eigen boezem steken?

Het draait om de energiebalans

Hoewel moeder natuur vaak één groot raadsel is, is afvallen fysiologisch gezien een koud kunstje. Of we afvallen of aankomen wordt bepaald door de energiebalans. De energiebalans is het verschil tussen wat we binnenkrijgen en verbruiken. Om af te vallen moeten we een negatieve energiebalans creëren. Dit betekent dat we simpelweg meer moeten verbruiken dan we binnenkrijgen. En hoe simplistisch dit ook moge klinken, het is helemaal hartstikke juist.

We vallen niet af door een speciaal dieet

Iemand valt dus niet af omdat hij een speciaal dieet volgt, nee iemand valt af omdat hij minder is gaan eten. Het komt dus niet door brood te vermijden, door koolhydraten te vermijden of door het volgen van een smoothiedieet. Iemand is afgevallen omdat hij in totaal minder calorieën binnenkreeg. Een calorie is een calorie wat dat betreft wat goeroe’s uit warme oorden ook moge beweren.

Afvallen is een helse strijd

Fysiologisch gezien is afvallen dan wel een koud kunstje, psychologisch gezien is afvallen een zware strijd of zoals we op het voetbalveld zeggen, afvallen is gewoon hartstikke kut. De waarheid is eigenlijk dat we dingen moeten doen die we helemaal niet leuk vinden. We moeten alcoholische versnaperingen beperken, we moeten onze porties verkleinen en dat stuk chocolade wellicht laten staan. En dat allemaal zorgt voor een innerlijke psychologische strijd. En dat kost gewoon pijn en moeite.

En vetverbrandende voedingsmiddelen?

Tijdens de zoektocht op google kom je altijd producten tegen waarvan wordt beweerd dat ze ons gaan helpen met afvallen. Producten of stoffen waarvan wordt beweerd dat ze een vetverbrandend effect hebben. Voorbeelden zijn rode peper, groene thee, mosterd, cafeïne, kokosolie of afslankpillen. Dit komt veelal uit de mond van plaatselijke kruidenvrouwtjes, een blad als de Libelle of zomaar uit de mond van een toevallige passant. Geloof me, ik heb de onderzoeken ook gelezen, alleen kom ik tot een andere conclusie..☟

Ze hebben effect, maar..

Er zijn inderdaad stoffen die ervoor zorgen dat het energieverbruik wat omhoog gaat en daarmee de vetverbranding. Alleen is het effect zo minimaal dat je eigenlijk van geen effect moet spreken. De oorlog win je er niet mee!. Zelfs niet een beetje. Magische producten bestaan helaas dus niet. En over afslankproducten. Laten we de pharmaceutische industrie vooral geen hart onder de riem steken!

En een dieet volgen?

Ga aanstaande dinsdag naar Voedsel Voor Je Geest en bekijk de aflevering over diëten ☺